Gladiolus (Grootbloemige -) Gladiool, zwaardlelie

Algemeen

De bekendste gladiolen zijn de grootbloemige Gladiolus-hybriden van de Gladiolus gandavensis, met platte knollen van 3-7 cm doorsnede. Ze hebben bloemen (10-16 cm) in vele kleuren, tweekleurig en sommige met zeer mooie tekening.

Op de oude knot ontwikkelen zich één of twee nieuwe knollen en verschillende kleine knolletjes (kralen), die voor het voortbestaan zorgen.

Het is een ideaal gewas voor een snijbloemenhoek in de tuin. De vroege gladioolrassen bloeien ongeveer 75 dagen na het planten en de late rassen na 100 dagen. De gladiolen zijn niet winterhard.



Onderhoud

  • Zorg voor goed bewerkte kalkhoudende, voedzame, gedraineerde en niet te droge tuingrond.
  • Geef ze een beschutte en zonnige plaats.
  • Geen verse mest inwerken vóór het planten.
  • Als voedingsstoffen kunnen oude mest, compost en samengestelde meststof dienen. Bijvoorbeeld NPK-gehalte in orde van grootte 8-8-18 of 5-10-13, enz. ongeveer 500 g per plantrij van 10 m.
  • Het verdient aanbeveling elk jaar van plantplaats te wisselen of telkens verse grond in snijbloemenperk en in de border te brengen.
  • Voorzichtig rooien (met riek) om beschadiging te voorkomen. Plantafstand: 12-15 cm.

Tips

  • De grond van het perceel waar gladiolen komen het jaar voordien voorbereiden met mest en compost.
  • Grote knollen mogen wat dieper geplant worden dan kleine knollen (i.v.m. de steun die de stengels in de grond nodig hebben).
  • Gladiolen planten met interval van telkens 14 dagen draagt bij tot een gespreide snijbloemenproductie in de tuin.
  • Voor snijbloementeelt de gladiolen op rijen planten (50 stuks per m2).
  • Snijbloemen oogsten als de onderste bloem kleur toont. De hele bloemaar gaat op water open. Bloemen die op de plant blijven dienen worden weggeknipt als de bloemen verwelkt zijn.
  • Steun is nodig.
  • Bladstengel op 10cm boven de grond in oktober afsnijden, rooien, luchtig en warm drogen, stengel afdoen en oude knol verwijderen, de nieuwe knollen luchtig droog en vorstvrij (5° tot 10°C) overwinteren, in droge turf.
  • Vermeerderen door de kralen in mei uit te planten. Misschien bekomt men na 2-3 jaar bloeibare knollen.
  • Grote knollen, in juni geplant, kunnen in september bloeien.